In Frankrijk is er opschudding ontstaan – volgens een medium van laag niveau, nextplz.fr, zelfs een “enorme polemiek” – over een affiche van het Rode Kruis met advies voor de hittegolf. De affiche toont een vrouw met een jurk in de schaduw van een parasol, een zwarte man die aan het rusten is, en een vrouw met een hoofddoek die drinkt. Dat is het advies: zoek de schaduw op, rust genoeg en drink genoeg. Maar die hoofddoek! Die gaf aanstoot: communautarisme, promotie van de hoofddoek! Donoren van het Rode Kruis zouden al hun steun aan de organisatie opgezegd hebben, al is niet duidelijk waarop die informatie steunt.
Ook in de recente presidentsverkiezingen speelde de hoofddoek al een rol: men herinnert zich dat Marine Le Pen beloofde dat elke vrouw met hoofddoek in de publieke ruimte een bekeuring zou krijgen, als zij het voor het zeggen zou hebben. (Iets wat helemaal afwijkt van de huidige wetgeving in Frankrijk.) Gelukkig heeft zij het niet voor het zeggen, maar dat je met zoiets in het publiek kan pronken toont hoe verloederd de Franse tolerantie en de Franse laïcité is. De huidige rel over de Rode Kruis-affiche sluit aan bij dit klimaat van onverdraagzaamheid.
Het in Brussel gevestigde CCIE (Collectif Contre l’Islamophobie en Europe, reïncarnatie van het in Frankrijk op zeer onheuse wijze afgeschafte CCIF) heeft opgeroepen om te reageren tegen de kritiek op de affiche door ze te verspreiden en te becommentariëren.
Dwarsliggende jeugd
Maar sommige islamitische jongeren zetten zich schrap. Op 8 juni publiceerde de “Centrale dienst voor territoriale inlichtingen”, de politiedienst (sic!) SCRT, een nota over inbreuken op de wet van 2004 over de laïciteit. In het tweede semester werden er 144 geregistreerd terwijl er in het eerste semester maar 97 genoteerd werden. De helft meer dus.
Het ging om leerlingen die weigerden hun hoofddoek af te doen of die naar school kwamen in “traditionele” kleding zoals jilbabs of abaya’s voor de meisjes en kamis of djellaba voor de jongens. De helft van al de inbreuken ging over de kleding van de leerlingen. (Maar die 97 en 144 “overtredingen” moet je zien binnen een totaal van 5,6 miljoen leerlingen. Ze betroffen ook niet uitsluitend islamitische leerlingen.)
Op 2 juni was er al een artikel verschenen in het blad l’Opinion dat sprak over een hausse aan incidenten rond de hoofddoek en de “traditionele” kleding. President Macron had “klaarheid en al de cijfers” gevraagd. Daarmee was het thema op de politieke agenda aan het komen.
De inbreuken werden door de overtreders vaak met pasklare argumenten bestreden, wat volgens de politie suggereert dat het om een geplande actie gaat. Daarbij is er wat speelruimte voor interpretatie. De wet van 2004 verbiedt de islamitische hoofddoek, maar niet expliciet traditionele kleding, maar die kan eventueel wel onder “ostentatieve” tekens vallen. De schooldirectie bepaalt hoe de kleding geïnterpreteerd wordt.
Nieuwe mentaliteit
De leerlingen stellen zich nu vaker assertief op en “influencers” – de politie spreekt over moslimbroeders, broeders-salafisten en Erdoganaanhangers – moedigen hen aan om islamofobie aan te klagen en zich schrap te zetten tegen etnische discriminatie.
De politie geeft nog als achtergrond aan dat de leerlingen weinig kennis hebben van de Franse laïcité van 1905 en dat via Netflix het Amerikaanse multiculturalisme binnensijpelt, terwijl op Tiktok wordt voorgedaan hoe je (islamitisch) uitdagend gekleed naar school kan gaan.
De politie waarschuwt voor “redelijke aanpassingen”, de verfoeide “accommodements raisonnables”, die volgens haar alleen maar zullen leiden tot nog verdergaande eisen. Ze verwacht bij het begin van het volgende schooljaar een nieuw offensief van islamistische activisten, aangewakkerd door de nieuwe mentaliteit bij de jeugd.
