75 jaar geleden, op 29 oktober 1948 voltrok zich een bloedbad door het Israรซlische leger in het Palestijnse dorp al-Dawayima waarbij honderden mensen omkwamen.
Een Israรซlische soldaat, S Kaplan, beschreef in een brief aan een krant wat er gebeurde:
“Er was geen strijd en geen verzet (en geen Egyptenaren [in de buurt] ). De eerste aanvallers doodden 80 tot 100 [mannelijke] Arabieren, vrouwen en kinderen. Ze doodden de kinderen door hun schedels met stokken te breken. Er was geen huis zonder doden.”
De tweede groep van het leger was een compagnie waartoe de getuigende soldaat behoorde.
“Arabische mannen en vrouwen die in het dorp gebleven waren, werden opgesloten in de huizen zonder voedsel of water. Toen kwamen er geniesoldaten om huizen op te blazen. Eรฉn commandant beval een van hen om twee oude Arabische vrouwen in het huis te steken dat opgeblazen zou worden, met hen erin. De geniesoldaat weigerde en zei dat hij alleen bevelen aannam van zijn commandant. Dus beval de commandant zijn [eigen] soldaten om de vrouwen op te sluiten en de gruweldaad werd voltrokken.
Eรฉn soldaat pochte dat hij een Arabische vrouw had verkracht en haar daarna had doodgeschoten. Een andere Arabische vrouw, die een pasgeboren baby droeg, moest de binnenplaats schoonmaken waar de soldaten aten. Ze deed dat een dag of twee en uiteindelijk werden zij en haar baby doodgeschoten.”
De krant publiceerde de brief niet.
Ongeveer 60 mensen werden vermoord in de plaatselijke moskee, de meesten waren ouderen. 85 mensen die hun toevlucht hadden gezocht in de nabijgelegen grot van Irak al-Zagh werden ook daar vermoord โ nder hen vrouwen en kinderen. Schattingen van het aantal slachtoffers lopen uiteen van 200 tot 500-1000, volgens de Amerikaanse consul.
Na het bloedbad vluchtten de overlevende inwoners van het dorp, dat voorheen ongeveer 3700 inwoners telde naar de Westelijke Jordaanoever en Jordaniรซ.
Een paar jaar na het bloedbad werd het Israรซlische dorp Amatzya gesticht op een deel van de ruรฏnes van al-Dawayima.
