De community ruimte is een vrije online ruimte (blog) waar vrijwilligers en organisaties hun opinies kunnen publiceren. De standpunten vermeld in deze community reflecteren niet noodzakelijk de redactionele lijn van DeWereldMorgen.be. De verantwoordelijkheid over de inhoud ligt bij de auteur.

Is de vrouw de meest gecultiveerde en verfijnde versie van de mens?

woensdag 18 september 2024 07:09
Spread the love

Op mijn sociale media ontspon zich onlangs een interessant en grappig schrijfgesprek. Een wat oudere, zeer belezen man die fijn afgewogen bedenkingen deelt nu hij uit het bos waar hij lang woonde gaat verhuizen, en zijn bibliotheek grotendeels moet achterlaten, had een bijzondere belevenis op een brocanterie. Daar kom ik meteen op terug. Op mijn speelse maar ook doordachte reactie kwamen reacties van onder andere Gaea Schoeters, de schrijfster die op dit moment terug in verre, ruige, verlaten streken met haar vrouwelijke reisgezel met zware motorfietsen aan een expeditie bezig is. Die openlijk haar verhaal doet over de ontdekking van haar gay identiteit in de jonge jaren, in witte hemden gekleed, en gaandeweg blijkbaar de gedroomde “jongen” voor vrouwen. Gaea plaatste een lachend icoontje onder mijn reactie. Dat deed me plezier, hoewel dat een wat dubbelzinnig emoticon op Facebook is: je weet nooit of het vriendelijk lachen is, of spottend lachen. Daarom doe ik af en toe de inspanning niet uit de standaard zes icoontjes te kiezen om op iemand te reageren, maar onderaan de tekst met een van de meer dan honderd beschikbare emoticons een nieuwe lijn te beginnen.

 

Maar alle gekheid op het stokje, het lijkt me wel een interessante vraag: is de vrouw meer gecultiveerd, zachtzinniger, verfijnder dan de man? Of zijn er zoveel fijnbesnaarde mannen dat je dit niet kunt stellen? De eigenschappen van mannen en vrouwen zijn “in”. Vorig weekend gaf De Standaard nog zes boeiende pagina’s mee in het weekblad, een uittreksel uit het nieuwe boek van “Liggend naakt: een essay over verkleden, van Basje Boer, dat uit is bij Nijgh en Van Ditmar. Onder de titel van “Het leger van Lady Gaga” krijgen we citaten als “We denken te weten wat vrouwelijk is – fijn, liefelijk, bescheiden. Toch voelen we ons aangetrokken tot vrouwen die spelen met uitvergroting en absurdisme, van Mae West en Grace Jones tot Divine en Julia Fox” & “De groteske vrouw is queer want ze draait iets om, zet dingen op hun kop, biedt een nieuw perspectief.” & “Divine is schurend en wringend vrouw, heerlijk en fascinerend vrouw. Verschrikkelijk vrouw”. De bijhorende foto’s van de vrouwelijke sterren uit de showbizz zijn op zijn minst merkwaardig te noemen; ik las het essay met belangstelling maar met zeer gemengde gevoelens. Het mag duidelijk zijn: onze tijd houdt van verfrissende perspectieven op gender, op geslacht, op de klassieke indeling man/vrouw. De vraag die mij interesseert is toch vooral: is er nog vaste grond? In hoeverre kan je spreken van mannelijke en vrouwelijke menselijke kenmerken? Van “gewone vrouwen en mannen”?

_____

_______

Naar de ochtend toen na een rustige donkere nacht waarbij de volle maan meestal schuil ging achter een dicht wolkendek, kwam de kwestie naar voor in mijn dromen en droomgedachten. Op een bepaald moment, een soort flash back en tegelijk update van de heerlijke maar ook wrijvende kampen in de natuur met de Wielewaaljongeren die we in de pubertijd meemaakten in de jaren zeventig, werden wij wakker in gezelschap van natuurliefhebbers en activisten; we hadden in slaapzakken op de vloer de nacht doorgebracht, wachtend op bericht van de luchtvaartmaatschappij over de reismogelijkheden; dat laatste was wellicht een rest uit de grote verhalen van onze moeder, die in een dozijn landen in Europa werkte, en een verwijzing naar de bloedmooie foto die de vorige Vlaamse Bouwmeester, Van Broeck, gisteren avond wist te maken, na zeventien jaar pogingen doen, van een vliegtuig dat voor de opkomende oranje maan passeert. Tegen de komst van het daglicht bleek dat de buurman in het landelijke gebied waar wij sliepen, als oorlogscorrespondenten bijna, actie voerde door enkele grote zwarte banden van tractoren in brand te steken in zijn tuin. Anuna De Wever, die deel uitmaakte van ons gezelschap, ging in haar nobele gedrevenheid dadelijk de frisse tuin in om de zaak te doven, met als hulpmiddel louter haar gehandschoende handen. Deze passage was duidelijk een reminiscentie aan de recensie van Seppe De Meulder, de linkse filosoof uit Leuven, die onlangs lovend de pen oppakte om te schrijven over het nieuwe boek van de grote klimaatactiviste, dat de mooie titel draagt “Laten we eerlijk zijn”. Terwijl ik stilaan wakker werd, stelde ik mij de vraag: zou een soldaat, tevens verfijnde musicus, zoals Philip Sousa, de componist van onder andere de nationale hymne “Stars and Stripes” en van mooie militaire muziek als “El Capitan” (dacht ik) en “Semper fidelis” (voor altijd trouw), een bruikbare frontsoldaat kunnen zijn? Wat als Schubert, duidelijk een man, maar ook een zeer romantische ziel, moest vechten in een oorlog? Zou hij een inzinking krijgen, een depressie, shell shock? Of zou hij zich op intelligente manier dapper onderscheiden? Het schitterende verhaal van onze Vlaamse historica met standplaats de USA, Sophie De Schaepdrijver over WO I geeft hier duidelijke en interessante antwoorden, op basis van doorgedreven research. Er zijn mannen en mannen. De zonen van boeren en bakkers bleken in al hun ruwheid veel beter de rauwe omstandigheden in de loopgraven te verdragen, met dode lichamen, modder en ratten, en neervallende obussen/granaten, dan de jongens met talent voor literatuur en gedichten. Een deel van het antwoord op de vraag die wij ons vanmorgen stellen, hebben we dus al.

Nu naar dat bericht van Etienne. Hij schrijft geregeld kort maar diepzinnige bedenkingen en persoonlijke anekdotes voor zijn grote schare aandachtige volgers.

Ik had op de rommelmarkt nog wat kristallen glazen uit de bruidsschat van mijn grootmoeder. Een wat oudere gedistingeerde dame bleef even dralen aan mijn stand. Om haar te overtuigen van het kristalgehalte van de glazen tikte ik er even tegen met mijn wijsvinger. De dame schudde meewarig het hoofd. ‘Dit is nu typisch mannelijk, en, sorry, een beetje lomp’. Zij nam een glas en tikte er even tegen met haar veel gevoeligere wijsvinger en zei minzaam: “Een vrouw kan een kristallen glas doen zingen”; en idd. het klonk helemaal anders. En zei ze, “Elk glas klinkt anders”. Ze glimlachte mysterieus en verdween in de menigte.

 

Dit verslag van deze ontmoeting heeft heel wat lezers aan het denken gezet, en aan het “navoelen”, mijzelf inclusief. Ik schreef:

“Pijnlijk, hè, hoe het zelfvertrouwen van vrouwen naar mannen toe is toegenomen in onze generatie 😄.
En extra jammer als ze gelijk hebben over mannenlompheid
Goed voor de wereld en de mens intussen dat hun verfijning staat.”
Daan, een gestudeerde man die als profielfoto de vlag van Europa voert, bedacht kritisch het volgende bij mijn woorden:
“Ik ken anders best wel wat lompe vrouwen.. 🤫😒
Etienne zelf sprak van “een historische correctie”, geen pijnlijke, waar hij blij mee was: dat vrouwen zo assertief zijn geworden, vindt  hij een goede zaak, en hij is ze zo zelfs beter gaan begrijpen en zijn relatie met vrouwen is op die manier verbeterd.
Dat ik deze filosofische, existentiële kwestie voor eens en altijd kan duiden of oplossen is niet mijn ambitie. Laat me toch enkele bedenkingen formuleren.
Mijn ervaring was als kind in de prille eerste jaren dat mannen en vrouwen zeer sterk verschillende wezens zijn. Door omstandigheden kon ik die vergelijking al zeer helder maken in de eerste twee levensjaren. Vader en moeder hadden veel gereisd, maar beschikten over een grondig verschillende persoonlijkheid en leeftijd. Grootvader was een warme figuur, maar hij sprak bijna geen woord. Moeder was uiterst toegewijd, verantwoordelijk en aanwezig als opvoedster, creatief ook, een moeder die veel stimuli voor de zich ontwikkelende geest van haar kind aanbood, na jaren ervaring in het opvoeden van kinderen in diverse culturen.

Mensenkennis

Ik bleef gefascineerd door het gegeven Man & Vrouw. Ik herinner mij goed dat ik op de lagere school en in het secundair al een passie had voor mensen en voor Mensenkennis. Ik trachtte elke leraar en elke onderwijzeres te vatten als persoonlijkheid, te doorgronden. Misschien wilde ik mij graag zo snel mogelijk een beeld vormen van de persoon in kwestie, om beslagen op het ijs te komen: wat kon ik verwachten: interessante lessen, vriendelijke woorden van aanmoediging, of ook klappen en ruwe beschimpingen? In die jaren zestig en zeventig werd dit alles ons deel doorheen de jaren, ik weet niet hoe het er vandaag aan toe gaat. Ik herinner mij dat ik aanvankelijk, als kind, vaak vele maanden van aandacht en observatie nodig had om de mensen zoals onderwijskrachten te begrijpen, te doorzien. En hoe na verloop van jaren door die mentale arbeid en de opgedane ervaring, de indruk groeide dat ik steeds sneller en sneller de mens die voor mij verscheen, kon inschatten. Na de universitaire studies had ik de indruk vaak in enkele seconden een goed beeld te kunnen vormen in mijn innerlijk, van het karakter, de persoonlijkheid. Ik voelde aan of iemand te vertrouwen was, of je er een goed gesprek mee kon proberen voeren, of ik een vriendelijke reactie zou ontvangen als ik een groet, een goede morgen of goeiedag, zou uitspreken. In die tijd was die kennis van groot belang, want het deed geregeld pijn, als op de groet een kil stilzwijgen volgde. Ik voelde mij dan alsof de warmte in mijn hart vervlogen was, alsof ik mij leeg had gegeven. De laatste jaren is dat probleem opgelost met inzet van diverse kennis en houdingen. Maar dat is een ander verhaal. Ik groet nog altijd graag passanten en buren, maar dat loopt zonder kleine angsten voor botte reacties, en ik ben wat kieskeuriger geworden.
Laat me nog enkele bedenkingen, vaststellingen en conclusies geven over de diepere aard van man en vrouw. We moeten het nog even over verschillende domeinen van het leven en van het lichaam hebben, geloof ik, en van de taal, van de communicatie. Het trof mij als kind dat de mannen die ik te zien kreeg, vaak veel zwijgzamer waren dan onze moeder en dan vele andere vrouwen. Tot op zekere hoogte lijkt mijn interpretatie juist te zijn geweest, dat mannen vaak minder sentimenten ervaren en minder gedachten cultiveren dan vrouwen. Een toppunt op dit gebied vond ik in een krant op een dag toen ik las hoe een bepaalde jonge vrouw met een gespierde man was getrouwd die zonder een woord kon uit zijn ogen kijken, omdat het meisje dacht dat die man wel heel diepzinnige dingen in zijn hart moest dragen; tijdens het huwelijk bleek echter het tegendeel: de man had gewoon geen gevoelens en gedachten! Zij liet zich dan ook van hem scheiden. Sommige tijdgenoten verwijzen dan op nogal simplistische manier naar taal die wel eens in wetenschappelijk onderzoek naar gender opdook: de man blijft vaak langere tijd “in zijn reptielenbrein”. Een oud, ancient deel van onze hersenen, uit de tijd dat wij nog geen “hersenschors” hadden, die ons toeliet onze primaire kant, onze dierlijkheid te overstijgen met verfijnde, morele, intelligente gevoelens en overwegingen, werd zo genoemd. Je ziet al de krokodil voor je.
Een ander aspect aan mannelijke en vrouwelijke identiteit dat in het getuigenis van de ontmoeting bij het kristal naar voor komt, is van meer lichamelijke aard: het is een vaststaand feit dat de vrouw (meestal) over een meer verfijnde, handige fijne motoriek beschikt van (veel) mannen. Dat merkte ik zelf in een vorig leven toen ik enkele weken in een fabriekje aan de band heb gestaan; wij stopten fruit in de verpakkingen. Het trof mij dat de mannen in de werkhal het bandwerk schuwden en dat zij er meestal in slaagden dit over te laten aan vrouwen en meisje, die dit opmerkten en ook onder woorden brachten en aanvaardden. De mannen deden dan (spontaan) het zwaardere werk, zoals de ladingen binnen dragen of rijden, waar je minder geduld en minder fijne handmotoriek voor nodig hebt.
Femicide
Nog een heel ander facet aan de vraag of dé man nu “lomper” is dan dé vrouw, is het volgende. De laatste tijd is er (gelukkig, goed!) meer aandacht voor het akelige fenomeen van de femicide. Moord op vrouwen. Uit de pathologische vormen leer je vaak wezenlijke dingen over de aard van het beestje. Mannen lijken (vaak) meer drager van wat ik noem moordlust. Daardoor vallen veel meer vrouwen ten prooi aan de dood door daden van mannen dan vice versa. Daardoor kan je allicht mannen met meer succes inzetten in frontlijnsituaties in oorlogen, waarbij het er in de woorden van generaal Montgomery op aankomt dit te doen: “Dood de vijand! Dood er zoveel je kan!”. Opmerkelijk: Bernard Montgomery schrijft in zijn biografie zijn essentiële talent voor het militaire, voor oorlogsvoeren, toe aan de overlast die hij als jongen ondervond van zijn moeder; die had een scherpe tong en ging al te vaak in bitse dialoog met hem, met een vloed aan vernederingen. De persoonlijkheid van de uitvinder van de guerrilla in de strijd met de Ottomaanse legers tijdens WO I, Lawrence van Arabië, is op vergelijkbare manier gevormd. Moeders hebben veel invloed op hun zonen, daar zullen we Madeleine Albright toch moeten in bijtreden; deze minister van BuZa in de VS pleit ervoor de vrouwelijke invloed op de samenleving te maximaliseren via “de kinderkamers”.
Als we het over moord hebben, dan denk ik ook aan de verhalen uit media die door tantes werden besproken bij de thee in de jaren zestig. Fenomenen als meneer Landru, die in Frankrijk verschillende opeenvolgende echtgenotes de dood in joeg en hun lichaam in stukken in de kachel stopte… Of de beruchte Jack the Ripper, die in Londense arme wijken in East End in enkele jaren rond 1880 de krantenkoppen domineerde; hij doodde prostituees en sneed – vakkundig – de lichamen open. (Er is een theorie die stelt dat dit het werk was van een chirurg die was verbonden aan het koninklijk hof, en dat daarom de zaak nooit opgelost raakte).
Ik heb onder mijn vrienden overigens een interessante man, een sterke persoonlijkheid, vrij onverstoorbaar, die reserve officier is en jachtmeester, met een verantwoordelijk beroep, met kinderen, die tegelijk een zoekende en gevoelige kant heeft, die hem de bijbel doet bestuderen, en die hem veel leed bracht toen zijn echtgenote, een juriste, hem verliet… ook juist omdat hij wel veiligheid bood en een ruim inkomen, maar mij zegde “Hij is niet lief”. Waar vrouwen in het gezelschap aanwezig zijn, wordt het vaak naar mijn aanvoelen gezelliger. Onder meer omdat er vlotter gepraat wordt, en ook over minder technische aangelegenheden, zoals het aantal mijlen dat het groepje wielertoeristen net heeft afgemaald, of de lengte van de tentpalen of het gewicht van de bijl in een gezelschap van Bush Crafters. Persoonlijk houd ik van gespreksonderwerpen die meer over de mens zelf gaan, iets dat vrouwen (meestal) meer interesseert. Terwijl anderzijds de “camaraderie” onder mannen zeer genietbaar kan zijn, ook al neemt iemand als Rik Torfs daar graag keer op keer afstand van. Het lijkt erop dat deze verschillen en deze voorkeuren voor altijd aan de persoon die erover spreekt, zullen verbonden zijn. Zoals meisjes die opgroeien met een fijne vader die zeemachtofficier is, bijna vanzelf naar een atypisch beroep als scheepskapitein of kolonel in het leger evolueren. Liefde en nabijheid in de kindertijd is een grote bron van inspiratie en verlangen, ambitie.
Een ander feit in deze vergelijking dat minder positieve kanten van vrouwen belicht, is het getuigenis van een familielid die als “vroedmeester” actief was in de afdeling neonatalogie in een “moederhuis” in de jaren negentig. Hij was de enige heer in het gezelschap, en het viel hem geregeld zwaar de dialogen tussen die vrouwelijke medische werknemers te moeten aanhoren: ze waren zeer hard en kil en brutaal over hun mannen. Verfijning is zeker niet het voorrecht van vrouwen.
___

De man nodigt ten dans

Er zijn lompe mannen en er bestaan lompe vrouwen. Er zijn gemene mannen en gemene vrouwen. Toch zijn er verschillen. Elk geslacht heeft, “en vrac” gesproken, zijn eigen stijl. De moordenares zal vaak vanuit laag profiel met sluipende middelen te werk gaan; de moordenaar zal vaak fysiek brutaal en direct  werken. De componist met mannelijke stijl zal vaak meer gestructureerde stukken schrijven, maar er zijn uitzonderingen, zoals de Brit die “A London symphony” schreef, dat voor sommigen een ongenietbare stroom zonder structuur is, maar dat ik persoonlijk graag beluister. Er zijn zeer goede, boeiende, leerzame schrijvers en evengoed dito schrijfsters. Ook al leerden wij in de colleges seksuele psychologie dat vrouwen beter luisteren, communicatiever zijn, maar dat mannen traditioneel in vele culturen het voorrecht hadden en het talent om “het woord te voeren in de publieke ruimte”. In veel situaties is de man meer “outgoing”, degene die het initiatief neemt, zoals in de uitdrukking “de man nodigt ten dans”, en zoals lange tijd de man de eerste viool speelde in het seksuele. Even goed staat vast dat in de moderne cultuur, die explosief is gegroeid, niet alleen in de kunsten, veel “gewoonten” op hun kop zijn gezet en veel standaarden en afspraken verlaten zijn en doorbroken worden. Zoals de schrijfster over de sterren in de muziek in De Standaard opmerkte: dat heeft het leven misschien toch interessanter gemaakt. Hoewel diegenen onder ons, vrouwen en mannen, die liever een voorspelbare situatie hebben, en niet te veel verrassingen, daar wellicht niet helemaal gelukkig mee zijn. Per slot van rekening lijkt het voor de wereld van de cultuur een grote verrijking dat meer en meer het debat niet meer aan mannen alleen wordt overgelaten; idem voor het politieke debat; en kijk hoe op televisie de komst van vrouwelijke commentatoren over sport interessante analyses oplevert. Women hold up half of the sky. Het kan niet genoeg herhaald worden. Vrouwen horen erbij en horen dan ook een stem te ontvangen. 
___
___

Mannen met baarden

Aan de andere kant zullen er altijd situaties blijven bestaan waarin de typische kenmerken van de man, naar lichaam en geest, het best de job kunnen doen. Zoals ik opmerkte hoe onlangs in onze straat een reusachtige telescopische kraan was neergeplant om een bouwkraan na drie jaar activiteit te demonteren en weg te halen van tussen de huizen die waren opgerezen. Dat werk werd gedaan door een groepje dat exclusief uit mannen bestond, en dan nog wel mannen met grote baarden; alsof de tijd van de ijslandvaarders terug was. “Mannen die willen te Kapren varen, moeten mannen met baarden zijn!” Ook voor frontlijngevechten zullen mannen met hun wat meer solide mentale bovenbouw beter geschikt blijven, algemeen gesproken. De vrouw in de anekdote bij het kristal op de markt maakte misschien wat misbruik van haar persoonlijke talent om alle mannen als bruten voor te stellen. Maar de traditie die wil dat vrouwen wat meer verfijnd zijn en gevoelig, die kern van waarheid zal nog wel enkele eeuwen blijven bestaan. En als ik mijn wetenschappelijke fantasie mag inschakelen: dat zal heel waarschijnlijk nog tientallen millennia het geval blijven. Dat lijkt duidelijk, als je de geschiedenis van de wereld en de aard van de evolutie van mensen, bomen en dieren kent.
___

Toekomst op losse schroeven?

Anderzijds krijg je juist als je de Geschiedenis kent en de Natuur, soms de indruk dat we voor een tijdperk staan dat een soort quantum-sprong gaat betekenen. In de prehistorie veranderde er in duizend jaar niet veel, de mens groef wortels op en jaagde op dieren, viste en maakte af en toe een wandschildering. In de middeleeuwen veranderden de landbouwmethodes en bouwwijzen gedurende eeuwen nauwelijks. Intussen echter gaat de geschiedenis steeds maar sneller. De vernieuwingen, de hang naar “vooruitgang”, de verandering staat hoog in het vaandel. Met de recente komst van de microchips stappen we misschien een nieuw tijdperk in. De grens tussen robot en mens vervaagt. Medische inplantingen van computerelementen is al ingeburgerd. Vrouw en man lijken in elkaar over te gaan, met de vrijheid voor mensen die zich zowel man als vrouw voelen, en zelfs voor wie van geslacht wil veranderen. Ook al zijn de plannen van de eigenaar van Meta om mensen veel meer via hun avatar in een digitaal universum te laten “leven” en “omgaan” niet direct door zijn gebroken zoals hij had gehoopt, het lijkt wel duidelijk: er staan straffe dingen op til. Het nieuwe boek van Yuval Noah Harari, Nexus, probeert op dit terrein ver naar voren te kijken. Benieuwd ben ik wat hij als gay denker over de verhoudingen tussen mannen en vrouwen in de toekomst ziet evolueren.
___________________________________________________________

Afbeeldingen door Jean-Louis Mazzia, flickr. “Passionnée de photos” en “Confidences”. Portret van Anuna De Wever Van der Heyden (c) Stef Hublou 2019

______________

Gebruikte bronnen, tevens literatuurtips:

 

 

____

 

____

Creative Commons

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!