Essay -

De Chantal Akerman ervaring: in de bioscoop én het museum

“Het is mijn innerlijke stem die je ziet in mijn werk”, vertelde Chantal Akerman aan Eric de Kuyper, “het is niet ik zoals ik hier zit". Die innerlijke stem kan je nu horen, zien en voelen in twee nieuwe tentoonstellingen ('Travelling’ in Bozar, ‘Exhibition Golden Eighties’ in Palace) en een gerestaureerde film (‘Golden Eighties’). Telkens staan tijd, ruimte én Brussel centraal. Het wordt duidelijk dat deze baanbrekende kunstenares ons niet bij de hand neemt, maar ons uitnodigt om de beleving mee te creëren. En de Chantal Akerman ervaring blijft verfrissend.

maandag 6 mei 2024 21:22
Spread the love

 

“Beste Chantal, news from home: in de lente van 2024 wordt jouw stad omgetoverd tot een uitzonderlijke projectiezaal voor jouw werk”, schrijft artistiek directeur van Bozar Christophe Slagmuylder in de persbrochure van de Brusselse Chantal Akerman tentoonstelling Travelling. Toen in de zomer van 2020 het Amsterdamse filmmuseum Eye de Brusselse camerakunstenares herdacht met de expo Passages klonk in de lovende Vlaamse reacties ook teleurstelling. Want had Brussel hier niet het voortouw moeten nemen?

Chantal Akerman © Adagp

Postume erkenning

Vier jaar later volgt gelukkig een grootschalig(er) eerbetoon in Akermans geboortestad. Met een retrospectief in CINEMATEK, bioscoopvertoningen van gerestaureerde films zoals Golden Eighties, een filmconcert, gesprekken (onder andere met schrijfster Niña Weijers, auteur van het voorwoord bij Mijn moeder lacht), een Golden Eighties expo in Cinema Palace en de Travelling Bozar tentoonstelling met bijhorende catalogus.

Niet ver van Akermans huis, op een blinde zijgevel aan de Schuitenkaai, werd een filmstill uit Jeanne Dielman, 23 quai du Commerce, 1080 Bruxelles als muurschildering aangebracht. En wie graag rondwandelt neemt de Chantal Akermandreef, de centrale berm van de Handelskaai.

Chantal Akerman was een tegendraads filmmaker en bleef ook in de kunstwereld een outsider. Eenzaat, banneling én vluchteling (uit haar Joods bourgeoismilieu). Zwervend tussen Brussel, New York en Parijs. Op theoretici als Laura Mulvey en cineasten als Todd Haynes, Michael Haneke en Gus Van Sant na had de meest invloedrijke Belgische regisseur lange tijd amper fans. Het academische wereldje voerde haar wel op als feministisch icoon maar de financiering van projecten liep moeizaam.

Jeanne Dielman, 23 quai du Commerce, 1080 Bruxelles van Chantal Akerman.

De postume erkenning (“ze was een belangrijkste cineasten uit de filmgeschiedenis” dixit Céline Sciamma), de hype, voelt dan ook lichtjes wrang aan. Wetende hoe donker, mede door haar bipolaire stoornis, de laatste levensjaren van Akerman waren.

Maar het positieve is dat de expo’s duidelijk maken wat voor uitzonderlijke figuur Akerman was, terwijl nieuwe generaties ontdekken dat haar films verre van ‘saai’ en ‘vervelend’ zijn. En dat haar ‘Brusselse’ films als Toute une nuit, Demain on déménage en Golden Eighties heel erg verschillend zijn.

Een leegte vullen

De symbiotische moeder-dochter relatie die Chantal Akerman evoceert in de autobiografische roman Mijn moeder lacht, verklaart haar ambigue gevoelens bij de verstikkende invloed van haar moeder Natalia, haar constant vluchten uit en terugkeren naar Brussel én de rebelse reflex om filmmaker te worden en zo uit haar milieu te breken.

Maar de filmacademie bleek te theoretisch en enkel in New York kon ze dankzij het geld dat ze verdiende als kassierster, aangevuld met gestolen filmrollen, experimenteren met films zoals La chambre en Hotel Monterey maken. Vingeroefeningen voor haar doorbraakfilm Jeanne Dielman, 23 quai du Commerce, 1080 Bruxelles.

Dat door haar moeder geïnspireerd vrouwenportret ontstond toen Akerman terugkeerde naar Brussel en haar onrustgevoelens kaderde. “Uit mijn geschiedenis, of waarschijnlijk omdat mijn moeder niets over de kampen vertelde, is heel mijn werk ontstaan”, stelt de cineaste. “Het kwam tot stand uit een soort gat dat ik moest vullen en mijn zoektocht bracht me bij films, woorden en mensen. Naar alle waarschijnlijkheid zal ik het gat nooit kunnen vullen en dat zal me aanzetten om te blijven werken.”

Aanzetten om een kijkervaring te creëren: “Ik zou willen dat de kijker fysiek voelt hoe de tijd in elke opname wordt gebruikt. Fysiek ervaren dat de tijd zich in u afspeelt, dat de tijd bij u binnenkomt.”

Expo Travelling. Foto Julie Pollet.

Tijd en ruimte

In de wereld van Chantal Akerman ga je binnen via beelden. Via licht, beweging en geluid. Zowel Akermans cinema als haar installatiekunst zijn een onderdompeling in ruimte en tijd. Volgens medewerkster Claire Atherton hoef je als toeschouwer “het beeld alleen maar binnen te laten komen.

Misschien begrijp je niet echt waar het over gaat, maar je voelt dingen, ervaart de beweging, het geluid. Plotseling ga je zelf verbanden leggen, voel je beelden van daarvoor terugkeren en resoneren met wat je op dat moment ziet.” En: “ze wilde dat we de wereld bedenken en geen passieve ontvanger zijn van wat er gebeurt.”

De Fondation Chantal Akerman waakt al jaren over het oeuvre van Akerman en ondersteunde zowel de restauratie van haar films als de hommage tentoonstelling in samenwerking met Bozar en CINEMATEK.

Travelling loopt nog de nationale feestdag en bestaat vooral uit projecties, installaties, televisiefilms, fotogrammen en archiefdocumenten. Doordat het parcours meer chronologisch dan thematisch is opgezet, krijgt de bezoeker het gevoel door middel van de verschillende ruimtes een biografie te ontdekken en kennis te maken met een kunstenaar voor wie filmen een manier van leven was.

Doordat het parcours meer chronologisch dan thematisch loopt krijgt de bezoeker de indruk via ruimtes een biografie te ontdekken. Kennis te maken met een kunstenaar voor wie filmen een manier van leven was.

Saute ma ville van Chantal Akerman.

Fragmenten van een leven

Op de schermen van een eerste zaal zie je archiefdocumenten uit Akermans jeugd en kortfilms die ze in 1967 draaide om toegelaten te worden tot de filmschool INSAS. Brussel komt in beeld (onder andere Hotel de Clèves, waar nu de Fondation Chantal Akerman gevestigd is) en flarden dagelijks leven.

Wandelingen door de stad, shopping, haar borstelen, de keuken van haar moeder, … Helemaal een voorbode van haar werk is de absurde zwart-witte kortfilm Saute ma ville (1968). In wat Akerman haar ‘Chaplin-film’ zou noemen zien we jonge vrouw dansen, spaghetti koken, een keuken vuilmaken, ramen dicht tapen en uiteindelijk het hoofd op een gasvuur leggen. Gevolgd door een freeze frame, explosie en zwart beeld.

Een voorbode of voorteken? Ja, en ook weer niet. De sleutel krijgen we aangereikt wanneer de hoofdpersoon van Saute ma ville even zichzelf in de spiegel ziet. Actrice, vertolker en regisseur, Chantal Akerman breekt de vierde wand en ziet zichzelf. Maar ook niet. Want niet alleen zijn biografie en fictie bij de cineaste verstrengeld, de Akerman die we zien is vooral een weerspiegeling van de innerlijke stem die ze in een gesprek met Eric De Kuyper (dat je in verdere zaal via computers kan volgen in een oude Ziggurat uitzending) aanhaalt. Akerman speelt in heel wat films zelf een belangrijke rol – zoals in haar eerste lange film Je tu il elle (1975) – maar de vraag blijft of dit acteren is en of de rol ‘zichzelf’ is.

Je tu il elle van en met Chantal Akerman (ook openingsbeeld).

Het mysterie Akerman

De toon is gezet en wordt versterkt door de installatie In the Mirror (1974/2007) waar een jonge vrouw zichzelf voor een spiegel monstert (“ik heb een lange nek, geen taille, een holle rug, rimpels, bijna geen borsten, …”) en eigenlijk maatschappelijke normen en de male gaze bekritiseert.

Enkele stappen verder belanden we in Akermans introspectieve cinema via La chambre (1972), een 360° pan van Akermans New Yorkse eenkamerappartementje verbonden met een brief en de stem van Akerman. Luisteren en kijken kan je ook naar Hanging Out Yonkers (1973), rushes waarin jongeren tot leven komen rond een biljarttafel in een centrum voor drugsverslaafden.

Met set beelden, scenario fragmenten en flarden film dompelen de zalen ons onder in een geografisch en tijdsparcours dat zowel Akermans filmische als persoonlijke ervaring reflecteert. Van huiselijke taferelen en kamer interieurs over travellings door de stad tot beelden uit het rijke oeuvre van de Brusselse.

Met onder meer indrukwekkende installaties zoals Woman sitting after killing (1975-2001), rond iconische beelden uit Jeanne Dielman, en D’Est, au bord de la Fiction (1995), een dwars door de seizoenen trip via 25 monitors van Oost-Duitsland naar Moskou via Polen, Litouwen en Oekraïne.

Expo Chantal Akerman @ BOZAR. Foto Julie Pollet.

Installaties als trip

De Travelling expo geeft een overzicht van het filmoeuvre van Akerman – naast fragmenten ook korte films gemaakt voor televisie – en van haar installaties. Uiterst boeiend zijn haar drie laatste installaties, die gaan van het ene woestijnlandschap naar het andere: A Voice in the Desert (2002), Maniac Summer (2009) en Now (2015).

“Als ik het materiaal van de installaties onder handen neem, is het net als bij het maken van een documentaire, je weet niet waar je uitkomt, je geeft vorm aan een materie, die zich vanzelf gaat structureren en plots is het werk er, alsof het de evidentie zelf is”, zegt Akerman.

In de donkere museumzalen komt het hypnotische karakter van deze installaties tot zijn recht. Hier is de Akerman beleving totaal. “Bij de installaties werk ik nergens naartoe, het is magisch, allerlei mogelijkheden dienen zich aan terwijl ik de materie kneed en het is zij die mij voortstuwt”, stelt Akerman. “Ik bewerk ze, ze wordt anders, en dan zijn we er. Inventie door transformatie, het proces is vrij en fascinerend, puur genot.”

Exhibition Golden Eighties @ PALACE. Foto Ivo De Kock.

Beleving en duiding

De Travelling expo legt de vinger op Akermans zoektocht, via een camera die vrouwenlevens observeert, naar beelden die niets representeren, maar wel een betekenisvolle ervaring bieden. Tegelijk bieden de verschillende ‘kamers’ in Bozar ook heel wat informatie en prikkels om verder te zoeken.

Twee kamers fungeren als lees-, consultatie- en -werkruimte. Met papieren documenten en via computer digitaal beschikbaar beeldmateriaal. Daarbij heel wat levendig interviewmateriaal. Met getuigenissen als: “Ik heb geen kindertijd gehad, ik was meteen volwassen.” En ook een statement van Marguerite Duras: “Vrouwenfilms zijn anders en daarom politiek. Het is een andere cinema.”

In beeld zien we Akerman naar de grond kijken, terwijl Duras tijdens een televisieprogramma aan het woord is. Verlegen maar ook ietwat verveeld. Want de rebel en outcast wilde niet als een militant gezien worden. Ze was allergisch voor inkapseling.

Akerman draaide feministische films maar weigerde die op vrouwenfilmfestivals te vertonen. Iedereen moest haar films kunnen zien vond ze. Ook al liet het publiek het vaak afweten. Zoals bij haar in Hollywood, met steracteurs William Hurt en Juliette Binoche, gemaakte romantische komedie Un divan à New York gemaakt om haar vader te overtuigen dat ze ook publiekscinema kon maken. Het bleek helaas een commerciële flop.

Golden Eighties & Gun Crazy.

Musical in de galerij

Een andere zijsprong, Golden Eighties (1986), kende wèl (bescheiden) succes. “Het is vreemd dat ik absoluut een manier wil vinden om me te bevrijden van Jeanne Dielman door middel van choreografie en daarna door muzikale komedie”, bekende Akerman.

In een zaal gewijd aan de periode 1974-1985 schetst Travelling de aanloop tot deze kleurrijke, wisselend burleske en tragische, film die speelt in een Brusselse winkelgalerij waar vrouwen en mannen elkaar kruisen in een kledingzaak, een kapsalon en een bar.

Akerman had bij haar schets van botsende romantische levens een Technicolor MGM-musical voor ogen met knipogen naar fatale noir via de Joseph H. Lewis cultklassieker Gun Crazy en het werk van Jacques Demy (Akerman was fan van Une chambre en ville).

Een andere insteek levert de Exhibition Golden Eighties in Cinema Palace. Daar kan je in recreaties van de decors van Golden Eighties via setfoto’s de sfeer opsnuiven. Je krijgt er ook een inkijk in een minder bekend aspect van Akermans oeuvre: haar speelse, kleurrijke flirt met populaire cultuur.

Aan de basis van deze tentoonstelling/installatie ligt een verzameling van ongepubliceerde foto’s van set fotograaf Jean Ber die in 2022 in het bezit van de Stichting Chantal Akerman kwam. Resultaat is een charmante, kleine expo die ook door het licht (dankzij de ramen van de bioscoop) en de kleuren een belangrijke aanvulling bij Travelling vormt.

Golden Eighties van Chantal Akerman.

Gouden jaren, sombere tijd

In de bioscoopzalen kan je (nee: moet je eigenlijk) Golden Eighties (her)ontdekken. Een bruisende, frivole muzikale film (de ‘song and dance’ nummers zijn wonderlijk, met Gossip Song als hoogtepunt) over een chaotische cyclus van verliefdheden, relatiebreuken, overspel, herenigingen en misverstanden terwijl op de achtergrond de herinnering aan de vernietigingskampen, een zoektocht naar identiteit, de fragiele maatschappelijk positie van de vrouw en de vernietigende kapitalistische logica spelen. Met naast Akerman getrouwe Delphine Seyrig ook jaren tachtig idool (met megahit Banana Split) Lio in een uitstekende ensemble cast.

Golden Eighties illustreert het manisch-depressieve karakter van de kunstenares en haar werk. De lach verhult amper de traan, achter de snoepkleurtjes schuilt duisternis. De impact van keuzes, het gewicht van trauma’s, de minachting voor vrouwen, de verwoestende kapitalistische logica en de verdrongen herinneringen aan het oorlogsverleden.

Golden Eighties van Chantal Akerman.

Deze wervelende film staat ver van de slow cinema waar Akerman – tot haar eigen frustratie – bekend voor werd. Maar toch weer niet. Want er is meer dan fun en wat ondertussen exotische kapsels en outfits zijn geworden.

Via de pijn verbonden met niet enkel liefdesverdriet maar ook wonden uit het verleden wordt de volgspot toch weer op Natalia Akerman gericht. Op de ondraaglijke erfenis van een onvatbare moeder. Die net als in Mijn moeder lacht en de expo’s Travelling en Golden Eighties, de olifant in de winkelgalerij is. Dat maakt de Chantal Akerman ervaring ook zo universeel. En tegelijk uniek.

 

CHANTAL AKERMAN ‘TRAVELLING’, expo Bozar, Ravensteinstraat 23, 1000 Brussel, dagelijks behalve maandag tot 21 juli 2024.

EXHIBITION GOLDEN EIGHTIES, ON THE SET WITH CHANTAL AKERMAN, expo Cinema Palace, Boulevard Anspach 85, 1000 Brussel, 7/7 open van 11u00 tot 21u30 tot 23 juni 2024.

GOLDEN EIGHTIES van Chantal Akerman. België, 1986, 96’. Met Lio, Delphine Seyrig, Pascal Salkin, Myriam Boyer, Charles Denner, John Berry, Fanny Cottençon. Scenario Pascal Bonitzer, Henry Bean & Chantal Akerman. Fotografie Gilberto Azevedo. Muziek Marc Hérouet. Montage Francine Sandberg. Productie Martine Marignac. Distributie in de zalen Cinematek & Cinea. Online via Avila Film.

 

De Akerman catalogus, leven op film

Chantal Akerman had een hartsgrondige hekel aan meeslepende, entertainende cinema. Het soort cinema dat de kijker zichzelf doet vergeten. Want mainstream films gaven haar het gevoel bestolen te worden. Kostbare tijd én het leven zelf geraakten zo immers verloren vond de Brusselse wereldburger. Met haar films en installaties trachtte ze tijd te vertragen om elke seconde van het leven voelbaar te maken.

Dat haar werk zijn tijd ver vooruit was, is al geschreven. Dat het bekijken ervan naast je opvatting over cinema en kunst ook de manier waarop je ernaar kijkt of erover denk verandert, is ook al benadrukt. Maar de beide expo’s én de getuigenissen in de catalogus Chantal Akerman Travelling zetten in de verf hoe persoonlijk de (film)kunst van Akerman wel was. Hoe urgent haar oeuvre. Hoe levensnoodzakelijk ook.

Chantal Akerman Travelling.

Dat maakt de catalogus geen verzameling plaatjes of holle praatjes maar een echt boek. Met naast een subjectieve filmografie en mooi stukje van CINEMATEK conservator Tomas Leyers (die haar band met Filmmuseum icoon Jacques Ledoux belicht) ook sterke getuigenissen van o.m. Jacqueline Aubenas, Christophe Honoré, Claire Atherton, Sharon Lockhart, Wang Bing en Nicolas Pereda. Vooral Claire Atherton gaat naar de essentie: “Chantal sprak me over haar obsessies, haar verlangens, haar vragen, nooit over haar bedoelingen. Ze hield er niet van dat men haar vroeg waarnaar ze op zoek was. Als je weet wat je zoekt, zei ze, vind je al te gemakkelijk het gezochte en loont het niet meer de moeite om een film te maken.”

En ook: “We probeerden een ruimte te scheppen die iedereen in beweging bracht en tot nadenken aanzette. Het is ongetwijfeld hierdoor dat Chantals werk door en door politiek van aard is. Door los te komen van de nood aan onmiddellijke betekenis en aan lineaire verhalen, door een belangrijke plaats toe te kennen aan ritme, ruimte, aanwezigheid en stilte probeerden we datgene aan het licht te brengen wat voor elke conceptualisering ligt en zo het wezen van het levensmysterie te raken.”

 

CATALOGUS ‘CHANTAL AKERMAN TRAVELLING’, Céline Brouwez, Marta Ponsa, Laurence Rassel & Alberta Sessa (ed), uitgave Bozar, Jeu de Paume & Lannoo, Brussel, Parijs & Tielt, 2024, 209 pag.

Chantal Akerman. Foto Jane Stein.

Creative Commons

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!