Prisma vzw: Het Neutraliteitsdebat wederom ontspoord

Prisma vzw: Het Neutraliteitsdebat wederom ontspoord

Wie na de beschamende opvoering van Karin Heremans in 2009 - door de Antwerpse Sp.a gebombardeerd tot de Jean d’Arc van het hoofddoekendebat - en het algemeen hoofddoekenverbod dat daaruit volgde in het Gemeenschapsonderwijs (GO!) dacht dat wij hiermee het dieptepunt in Het Vlaamse Neutraliteitsdebat hebben gehad, moet wederom teleurgesteld worden.

vrijdag 28 maart 2014 18:57
Spread the love

DeWereldMorgen.be

Sinds enkele
weken zijn de Mechelse moslimgemeenschappen bekommerd om de evolutie in het
Vlaamse Neutraliteitsdebat. Het diversiteits- en integratiecentrum Prisma vzw
heeft namelijk voor haar personeelsleden een verbod uitgevaardigd om een andere
taal dan het Nederlands te gebruiken, en 
van hun contractuele werkonderbreking gebruik te maken om hun religieuze
verplichtingen te vervullen. De laatste maatregel werd vooral ingevoerd voor
een tweetal islamitische medewerkers die reeds meer dan tien jaar gebruikmaakten
van de kelderruimte om hun gebeden te verrichten.

De Mechelse Moskeeëngroep,
Rojm, V.e.M. en nog andere middenveldorganisaties uit Vlaanderen hebben prompt
gereageerd met het opzeggen van alle samenwerkingen met Prisma vzw en tevens
trekken zij zich terug uit alle overlegplatformen waar deze organisatie aan
deelneemt. Ook werd een officiële kennisgeving? t.a.v. het Extern Verzelfsta?ndigd Agentschap (E.V.A.)
verstuurd door het Platform van Moslimorganisaties (PMO).

Radicale invulling van het neutraliteitsprincipe

Deze radicale
invulling van het neutraliteitsprincipe, zoals we hier zien, is behept met een
onvervalste islamofobie. Het radicalisme bestaat in dit geval uit het
doortrekken van het neutraliteitsprincipe naar alle facetten van de
maatschappij, waarmee wij de geldigheid ervan – zelfs in radicale vorm – bij de
overheid op volgende wijze onderschrijven:

“Het doortrekken van het administratieve
neutraliteitsprincipe naar alle facetten van de maatschappij moet ten
stelligste een halt toegeroepen worden, zeker door moslims die enig belang
hechten aan de verdragsrechtelijke en grondwettelijke vrijheden, m.n. de
godsdienstvrijheid en het vrije gebruik van de eigen talen. Er is m.a.w. nood
aan een werkelijk maatschappelijk debat, behept met alle instrumenten die een
eerlijke afhandeling garanderen, en dat gevoerd moet worden door alle betrokken
actoren van goede wil.”

De gematigde
secularisten beschouwen het neutraliteitsprincipe als een garantie op
gelijkberechtiging, waarbij de burger een ‘onweerlegbaar vermoeden’ mag
uitspelen tegen de uiterlijk niet-neutrale loketambtenaar. Men heeft het hier
met andere woorden over de schijn van partijdigheid. Op basis van dit ‘recht’
heeft de huidige Antwerpse Burgemeester, Bart De Wever (N-VA), zich laten
verleiden om zelfs openlijke homoseksualiteit achter de loketten te weren. Het
radicalisme van het GO! en Prisma vzw bestaat er echter in om het
neutraliteitsprincipe van de overheid door te trekken naar de schoolbanken én
de werkvloer. Het kan ons eigenlijk niet schelen welk
trauma de linkse kerk heeft overgehouden aan de jarenlange kerkelijke
onderdrukking, maar op deze wijze ageren tegen andere religieuze minderheden zal
altijd een brug te ver zijn!

Denkbeeldig teken van verzet

De directie
van Prisma vzw kadert deze schendingen in een ruimere denkoefening, waarin ze
zogenaamd nadenkt over de totstandkoming van een professioneel werkkader dat
ruimte biedt aan een respectvolle co-existentie van alle erkende
levensbeschouwingen! Ondanks het doorprikken van deze kwaadwillige houding
blijft Prisma vzw bij hoog en bij laag beweren dat ze alle erkende
levensbeschouwingen de plaats wil geven die ze verdienen. Volgens Prisma vzw
hebben burgers in een democratische samenleving het recht om hun leven te
oriënteren vanuit een specifieke levensbeschouwelijke overtuiging, maar
is er ook het principe van de scheiding tussen Kerk en Staat dat als
basisprincipe van onze moderne samenleving te allen tijde primeert. Ze
bekijken dus intern op welke manier ze deze democratische fundamenten kunnen
toepassen en welke grondrechten hiervoor moeten wijken!

Uiteraard
heeft dit non-argument niets te maken met deze maatregel. In deze discussie
wordt echter een denkbeeldig teken van verzet gezien: verzet tegen de Westerse
waarden en cultuur, verzet tegen al wat ‘goed’, ‘rechtvaardig’ en ‘normaal’ is.
Dáár knelt het schoentje: een deel van onze ruimdenkende integratiesector is
helaas doordrenkt met absurde xenofobe en islamofobe normalisaties!

Het is duidelijk dat deze ingrepen op sofistische
wijze worden toegespeeld aan de noodzaak om tot neutraliteit te komen, waarbij
het exclusieve gebruik van het Nederlands en het weren van élke religieuze
praktijk als noodzakelijke voorwaarden worden opgelegd! Dat Prisma vzw met
grote woorden als “democratische fundamenten” zwaait, getuigt alleen
maar dat ze in hetzelfde bedje ziek zijn als de islamofoben die vinden dat moslims
en Europa niet compatibel zijn met elkaar.

Dergelijke drastische maatregelen invoeren, door
valselijk gebruik te maken van “neutraliteit op de werkvloer”, getuigt vooral van
ernstige tekortkomingen bij een organisatie die zich divers durft te noemen én
actief is in de integratiesector!

Een
ontspoorde integratiesector

Racisme en islamofobie zijn de laatste twee
decennia zodanig ingeburgerd dat we het zelfs niet meer zien. Het is onderdeel
geworden van onze collectieve denkbeelden. Men mag dan vanuit de linkerzijde op
selectieve wijze verontwaardigd reageren op de ‘relativiteitstheorie’ van Liesbeth
Homans (N-VA), maar bij de socialisten kan men het zo te zien ook goed bruin
bakken. De affaire deze week met de speculaas en de apencartoon tijdens het
bezoek van Obama hebben het nog maar eens pijnlijk aangetoond. Het is dan ook
niet zo verwonderlijk dat de integratiesector er ook mee besmet geraakt. Hoe
vaak hebben wij in diezelfde integratiesector niet gehoord: “Ach, het zijn
die kut-Marokkanen die zo moeilijk doen. Laten wij gewoon werken met andere
minderheden”’, of dooddoeners zoals: “Wij kunnen dit niet toelaten
want die “extremisten” zetten andere moslims onder druk”. Dit
schijnargument steekt telkens de kop op wanneer deze radicalen geen
zinnige argumenten meer kunnen bedenken tegen té assertieve moslims. Het zou
ons dus niet verwonderen mocht dit argument in dit specifiek geval ook worden
gebruikt. 

Laat ons hiermee duidelijk maken dat deze lokale
ontsporing geen geïsoleerd geval is, maar volledig past in de algemene
ontsporing door toedoen van een onderstroom die zich geen houding weet te nemen
tegenover een nieuwe moslimgeneratie. Een generatie die zich assertiever
gedraagt en terecht beroep doet op de civiele rechten én plichten om actief
deel te nemen aan het opbouwen van een pluralistische en democratische
samenleving.  Wat wel merkwaardig is, is dat deze ontsporing zich nu
voordoet binnen een deel van de integratiesector… traditioneel een links
bastion!

Zou het kunnen dat het linkse middenveld de bocht
van 180°, zoals ingezet door de Sp.a na de electorale afstraffing in Antwerpen,
(nog) niet heeft gevolgd?

In dat geval kunnen wij het alleen maar toejuichen hoe de
PVDA ook de komende verkiezingen een kaper op de kust zal blijken te zijn.

We zijn in
ieder geval “onder de indruk” van het gebrek aan diversiteit binnen
de leiding en het bestuur van deze organisaties. Hoe geloofwaardig kunnen
dergelijke integratiecentra nog over diversiteit spreken wanneer – na 50 jaar
migratie! – de diversiteit nog altijd niet doorgedrongen is tot hun
leidinggevende structuren. Wij doen er dus best aan om nét nu de rekening te
presenteren aan alle boosdoeners in het maatschappelijk debat, links én rechts.

Evalueren van
de integratiecentra

Minister
Bourgeois kondigde eind 2012 een volledige herziening van deze integratiesector
aan. Van de dertig vzw’s die op dat moment in de integratie actief waren in
Vlaanderen, zullen er uiteindelijk maar acht overblijven. Eén per provincie en één
voor Antwerpen, Brussel en Gent. Misschien verklaart dit ook voor een deel de
zenuwachtigheid binnen de leiding van deze integratiecentra.

Wij stellen
ons de vraag of het niet beter zou zijn om stapsgewijs – om zo weinig mogelijk
werknemers van de ene dag op de andere op straat te zetten – deze achterhaalde
integratiecentra af te bouwen? Ondertussen bestaat de overgrote meerderheid van
de zogenaamde doelgroepen uit een generatie die niet meer wenst te horen van
integratie! Het zijn volwaardige burgers met grondwettelijke rechten en
plichten.

Het is
duidelijk dat een diepgaande evaluatie en uitgebreid onderzoek naar de werking
van de integratiesector nodig is. Men kan niet voorbijgaan aan al de kritische
geluiden die in verband met de werking van die sector te horen zijn. De
minister van inburgering zou er alleszins eens moeten over nadenken of er geen
andere formule, of een ander instrumentarium, kan uitgewerkt worden waarmee hij
de behoeftige nieuwkomers nog kan helpen met inburgering.

Waarom
behouden wij geen beperkte inburgeringcentra, die zich voornamelijk focussen op
het begeleiden en inburgeren van nieuwkomers, en houden wij gewoon op met de
kostelijke en opgeblazen lege dozen van de integratiefabrieken?

Integratie
wordt maar al te vaak gereduceerd tot assimilatie, en de integratiesector is te
lang een door blanke Vlamingen gedomineerd paternalistisch bolwerk geweest. Met
veel goede bedoelingen en idealisme, maar met beperkt resultaat. Ondanks de
inzet van heel wat middelen, is men er niet in geslaagd meetbare resultaten
voor te leggen. Een van de redenen is dat de integratiesector nauwelijks
aandacht heeft voor wat het grootste taboe is in de hele integratiediscussie:
het racisme dat in Vlaanderen zeer reëel is en dat een rem vormt op de
volwaardige participatie van alle minderheden.

Deze
minderheden, ongeacht het nu gaat om de tweede, derde of komende generaties –
ongeacht hun levensbeschouwelijke achtergrond! – zijn Europese burgers. Zij
hebben, net als elke Europeaan, het recht om bij te dragen aan de Europese
Cultuur. Dit onomkeerbare proces is een doorn in het oog van deze radicalen. De
vurigheid en agressiviteit waarmee deze seculiere fundamentalisten het
maatschappelijk debat naar zich toe willen trekken verdient geen enkel begrip
vanuit de verschillende gemeenschappen in dit land. Wij zijn dan ook benieuwd
welk standpunt andere integratiecentra, het Minderhedenforum, het overkoepelend
Extern Verzelfstandigd Agentschap én de politieke partijen, in deze radicale
wending zullen innemen.

Neutraal en
selectief doof blijven is alvast geen optie meer…

Abdelhay Ben
Abdellah, Chef Politiek De Andere Mening

take down
the paywall
steun ons nu!